Gisteren waren we drie weken onderweg. Dus zijn er nog drie weken om het Noordereiland te bezoeken. Maar eerst de was. Op alle commerciële campings items vind je wasmachines die voor twee 2 dollar munten voor jou de was doen. Hier in Wellington doen ze er dan wasmiddel bij.
De tv is uiteraard nog vol van de terroristische aanslag van gisteren en we lezen op de openbaar vervoer app dat de Wellington Pride Parade is afgelast. Jammer, dat vrolijkt een stad flink op maar begrijpelijk. De vlaggen hangen ook halfstok en we horen veel sirenes maar dat is misschien in een grote stad niet ongebruikelijk. We maken ons niet ongerust. We maken wel plannen voor de tocht van de volgende drie weken.

Wat later op de middag vertrekken we met lijn 83 naar het centrum van Wellington, een rit van 1 uur voor 5,50 nzd. Met ons stappen drie mensen mee in de bus, naar later blijkt Fransen. In Wellington staat de beklimming van Mt Victoria als eerste op het programma. Op de kaart staan twee wegen naar boven aangegeven, eentje van 5 minuten en eentje van 20 minuten. We volgen de pijlen en zijn in 20 minuten op het uitkijkpunt met 360 graden overzicht. Daar zien we op de kaart dat de 5 minuten route voor de auto geldt.
Al klimmend zien we ergens halverwege twee jonge mannen klaar staan om verder te klimmen. We laten ze voor gaan. Bij het volgende bankje hijgen zij uit en lopen deze twee oudjes gewoon door. Blijkbaar hebben we in de drie weken onderweg flink conditie opgedaan.
Het uitzicht is mooi. We zien onze Franse busreizigers ook eindelijk boven aankomen en vragen aan ze een foto van ons tweeën te maken.
Op de weg naar beneden volgen we de route die ons direct op het strand brengt. We lopen tussen de huizen door, gebouwd op de steile helling. Tineke fotografeert bloemen waarvan ze zo graag de naam zou willen weten. Biologen en Trees-en onder de lezers, iemand met een antwoord?
Over de boulevard langs het strand is het een klein stukje naar het Te Papa museum. We zijn te laat, het museum is dicht, misschien morgen!
Het is erg gezellig in de stad. We vinden een Ierse pub voor een pint en warm eten. De bus brengt ons om 8:30 terug naar ‘huis’. We hebben goed gegokt op het openbaar vervoer: onderweg is er alcohol controle!